zondag 30 september 2012

Als een schicht

 (vervolg deel 1)



Net voorbij de spoorlijn, op het ogenblik dat een auto ons voorbijreed klonk er plots uit het niets een enorme “KRAK!”, die gepaard ging met een verblindend wit licht. Het leek net alsof de flits van een reusachtig fototoestel in ons gezicht werd afgedrukt.

Geen van beiden konden we bevatten wat er gebeurde tot we enkele seconden later elkaar vroegen of de ander ook ervaren had wat we zelf net hadden meegemaakt. ”Had jij net als ik het gevoel dat je met je vingers in het stopcontact zat daarnet?” “Eh ja" "… raasde er bij jou ook zo’n stroomstoot van je hoofd, door je hart, je buik en je benen?” “Eh ja…" "Goh, tintelen jouw vingers ook nog en voelen je armspieren verkrampt?” “Eh ja”. “Denk jij wat ik denk dat ons is overkomen?” 






Beduusd van de slag, kwamen we tot de slotsom dat we vast geraakt waren door de bliksem. “Tjonge, dat was ècht maf hé?" "En we hebben het zonder kleerscheuren overleefd! Is zoiets eigenlijk wel mogelijk?”. We vroegen ons af of het de banden van onze fietsen waren, die ons voor de grootste schok hadden behoed, het misschien de auto was die de bliksem deels had opgevangen of afgeleid, of dat die net de oorzaak was van het hele gebeuren. Wat het ook mocht geweest zijn, het bleef een onopgelost raadsel.  Compleet de kluts kwijt en half versuft peddelden we verder zonder ook maar even af te stappen, want stel je voor dat er nog zo’n akelige inslag zou volgen…
Het gekke was, dat het bleef bij die ene klap, wat weerlicht in de verte niet te na gesproken.
Toch was op dat moment onze enige bekommernis om "als de bliksem" weer veilig thuis te komen. Ondertussen verjoegen we  de schrik en vertwijfeling dan maar met grapjes: ... Dat men hierboven allicht ons verzoek om te mogen schuilen in het kerkportaal verkeerd had begrepen, …we waarschijnlijk voortaan gloeiden in het donker, ...onze batterijen nu beslist waren opgeladen voor de eeuwigheid en we misschien wel onsterfelijke sjamanen waren geworden, die over goddelijke krachten beschikten, … 

Van één ding waren we wèl stellig overtuigd; we hadden onnoemlijk veel geluk dat we dit verhaal nog konden navertellen . 
Toen ik weer thuis aanbeland het gevoel omschreef, met een ervaring uit mijn jeugd en de vergelijking maakte met de elektrische stroomstoot van een prikkeldraad die ik had aangeraakt tijdens het aaien van een paard, bleek de herinnering voldoende om weer het beeld op te roepen van de witte hengst die de voorbije week aan mijn geestesoog was verschenen. 

Maar natúúrlijk! Zelfs de ouden kenden het beeld al van onweders als reusachtige paarden die door de hemel draafden.
Verdraaid nog aan toe... Ik had op dat visionaire moment, oog in oog gestaan met een voorbode. Een rakere allegorie dan dàt bestaat toch niet om een “schicht” weer te geven die inslaat als een bom…?

Gelukkig maar, dat een mens pas achteraf in staat blijkt van die tekens te lezen *gniffelt*...





1 opmerking:

Lieve bezoeker,

Krabbel hier maar uw gedacht neer.
Ik kan altijd iets bijleren.

Alvast bedankt en nog een prettige dag gewenst.

- Dauw -